Vernietiging formeel besluit van een rechtspersoon in een arbitrageprocedure?
11-04-2016
In een recente uitspraak van de KNVB Arbitragecommissie (KNVB arbitraal vonnis nr. 1425 d.d. 14 maart 2016) stond de vraag centraal in hoeverre de amateurvereniging SV Gouda door middel van een besluit van een bijzondere algemene ledenvergadering, dan wel het bestuur, over mocht gaan tot de opheffing van het prestatieve voetbal op de zondag.
Het voornemen van de voetbalvereniging om tot een dergelijke maatregel over te gaan leidde tot veel tumult binnen de club. Dit ging zelfs zo ver dat de zaak uiteindelijk voorgelegd werd aan de KNVB Arbitragecommissie, die in beginsel exclusief bevoegd is om kennis te nemen van geschillen tussen leden van de KNVB onderling. Partijen hebben de statuten en het arbitragereglement van de KNVB dan ook keurig opgevolgd door zich tot de KNVB Arbitragecommissie te wenden in deze.
Het verzoek van de verzoeker – die zich inzette voor het prestatieve voetbal op zondag – werd op inhoudelijke gronden afgewezen. De Arbitragecommissie merkt echter ook op dat zij op basis van art. 1020 Rv überhaupt niet bevoegd zou zijn geweest om over te gaan tot de vernietiging van een formeel besluit van een rechtspersoon. Dit laatste zal als een verrassing gekomen zijn voor de verzoeker, die waarschijnlijk dacht dat hij bij de juiste instantie was op grond van het bepaalde in de KNVB statuten en het arbitragereglement.
Het derde lid van art. 1020 Rv schrijft voor dat arbitrage niet mag leiden tot de vaststelling van rechtsgevolgen die niet ter vrije beoordeling van de partijen staan. Dit brengt met betrekking tot het vennootschapsrecht de nodige beperkingen met zich mee. De wetgever heeft bepaald dat de vernietiging van een besluit van een rechtspersoon, met het oog op de daaruit (zowel interne als externe) voortvloeiende vaak ingrijpende rechtsgevolgen, niet ter vrije beschikking staat van partijen en zodoende uitgesloten is van arbitrage. Een dergelijk verzoek dient dan ook voorgelegd te worden aan de burgerlijke rechter.
De verzoeker in deze kwestie had moeten kunnen weten dat de Arbitragecommissie zich hoe dan ook onbevoegd zou verklaren in geval van een verzoek tot vernietiging van een formeel besluit. Maar in beginsel is er geen man overboord. De kwestie zou mogelijk nog voorgelegd kunnen worden aan de burgerlijke rechter. Dit zal echter een duurdere en meer tijdrovende procedure zijn dan een procedure bij de Arbitragecommissie, en de vraag rijst natuurlijk in hoeverre het belang van de verzoeker om prestatief zondagvoetbal te behouden bij de vereniging hem ertoe drijft om deze zaak uit te vechten in de rechtbank.
Hebt u vragen? Neem contact met mij op. Op de hoogte blijven van nieuwe ontwikkelingen? Meld u aan voor onze periodieke legal updates, of volg ons op LinkedIn of Twitter.
Deze blog is geschreven door Thomas Geukes Foppen (advocaat bij Brantjes Advocaten).